6 november 2007

Deontoloog of utilitarist?

Plus één. Dat is de rekening die Thierry Debels kan maken na dit blogbericht. De controverse rond zijn boek levert de schrijver nog een keer publiciteit op. Nog voor het boek in de winkelrekken lag, haalde het al de media via geijkte kanalen als radio en kranten, en het eiste ook zijn plaats op in een aantal weblogdiscussies. Bij deze dus: plus één.

Debels is de auteur van Hoe goed is het goede doel?, dat morgen, op 7 november, verschijnt. In zijn boek hekelt hij de werking van Belgische ngo’s. Vooral de weinig verbloemende ondertitel van het boek 100 euro in de collectebus van 11.11.11 levert slechts 1 euro in het Zuiden op schoot de ngo’s in het verkeerde keelgat. 11.11.11, de koepelorganisatie van Vlaamse ngo’s, is niet te spreken over de aantijging en wil de ondertitel laten schrappen. Debels heeft naast een hoop reclame meteen een proces aan zijn broek.

Wie de discussie volgde, kijkt uit naar de uitgave van het veelbesproken boek waarvan hij nog geen letter heeft kunnen lezen. Vanaf morgen kan er dus eindelijk een (onderbouwd) oordeel geveld worden.

Eerder deze week werd ook in het weekblad Knack de ontwikkelingssamenwerking op de korrel genomen. Onder de welluidende titel De wilde weldoeners gingen deze keer niet Suske en Wiske de strijd met het kwaad aan, maar wel ULB-lector Francine Mestrum. Van kleine particuliere initiatieven over ngo’s tot de Wereldbank, geen enkele kon op goedkeuring rekenen.

Maar mag ik even voorbijgaan aan dit gekibbel en u een vraag stellen over uw duit in het zakje van de ontwikkelingssamenwerking? Komt die er vanuit deontologisch of utilitaristisch standpunt?

Wablief? Deontologisch? Of utilitaritisch? Gééft u, met andere woorden, omdat dat ethisch verantwoord is, uit een soort van schuldgevoel? Of omdat u werkelijk wil dat zoveel mogelijk mensen op deze wereld een menswaardig bestaan kunnen leiden?

Misschien is een utilitaristisch uitgangspunt wel het fraaist. En een doorlichting van wat er effectief met de hulp gebeurt is dan op zijn plaats. Maar moeten velen niet toegeven dat - onbewust - eerder een deontologische visie overweegt in de keuze om ontwikkelingsorganisaties te steunen? En is kritiek, ongeacht of deze terecht is, op de aanbesteding van deze steun niet een klein beetje hypocriet?

Geen opmerkingen: